Saturday 28 October 2006

Schilderijen.

Nu ik het toch al een paar keer over mijn Vader heb gehad, wil ik ook nog wel vertellen dat hij een heel leuke en creatieve hobby had... tekenen en schilderen. Ik zie nog voor me hoe hij op zolder een eigen hoekje had gecreëerd waar hij zich in alle rust en stilte urenlang kon terugtrekken. Zijn teken-, schildertafel stond vlak bij het dakraam waaruit het licht van links op zijn werkplek viel. Zodoende had hij altijd goed zicht op wat hij met zijn rechterhand op het doek zette.

Hij kon het nooit goed opbrengen om zelf een onderwerp te verzinnen of er op uit te gaan om er een te zoeken. Hij keek graag in boeken, tijdschriften of foto's die over schilderijen gingen en was helemaal gek van oude meesters die romantische schilderijen hadden gemaakt. Dan koos hij zo'n afbeelding en begon dan op zijn eigen manier daarvan een interpretatie op zijn schildersdoek te zetten. Het resultaat was meestal verbluffend in mijn ogen.

Ik weet mij ook nog heel goed te herinneren dat hij bij het naschilderen van het bovenstaande schilderij eigenlijk altijd moest lachen. "Want" zei hij, "de wind in de zeilen komt bij het scheepje op de voorgrond van rechts en de vlag wappert tegen de wind in. Aan de golfslag is te zien, dat de wind van links komt. Het scheepje op de achtergrond heeft de wind ook in de zeilen vanaf links. Het ziet er dus allemaal een beetje vreemd uit, maar dat is juist iets waarom je er zo lang naar blijft kijken". Vraag mij maar niet van wie de originele schilderijen zijn, want daar heb ik eigenlijk geen verstand van.


Ja, ik heb altijd respect gehad voor mijn Vader. Ik heb hem door oorlogsomstandigheden ook pas leren kennen toen ik al bijna acht jaar oud was. Hij heeft veel narigheid meegemaakt in Japanse krijgsgevangenkampen. En alleen daarom al hield en houd ik zijn naam altijd in ere.

Maar hij kon niet alleen schilderen, altijd deed hij wel iets in en om het huis. Als er iets kapot was, dan verzon hij altijd wel een oplossing om het te maken. Zo sterk zelfs, dat geen mens het meer kapot kreeg. :-)

Schilderijen.

Nu ik het toch al een paar keer over mijn Vader heb gehad, wil ik ook nog wel vertellen dat hij een heel leuke en creatieve hobby had... tekenen en schilderen. Ik zie nog voor me hoe hij op zolder een eigen hoekje had gecreëerd waar hij zich in alle rust en stilte urenlang kon terugtrekken. Zijn teken-, schildertafel stond vlak bij het dakraam waaruit het licht van links op zijn werkplek viel. Zodoende had hij altijd goed zicht op wat hij met zijn rechterhand op het doek zette.

Hij kon het nooit goed opbrengen om zelf een onderwerp te verzinnen of er op uit te gaan om er een te zoeken. Hij keek graag in boeken, tijdschriften of foto's die over schilderijen gingen en was helemaal gek van oude meesters die romantische schilderijen hadden gemaakt. Dan koos hij zo'n afbeelding en begon dan op zijn eigen manier daarvan een interpretatie op zijn schildersdoek te zetten. Het resultaat was meestal verbluffend in mijn ogen.

Ik weet mij ook nog heel goed te herinneren dat hij bij het naschilderen van het bovenstaande schilderij eigenlijk altijd moest lachen. "Want" zei hij, "de wind in de zeilen komt bij het scheepje op de voorgrond van rechts en de vlag wappert tegen de wind in. Aan de golfslag is te zien, dat de wind van links komt. Het scheepje op de achtergrond heeft de wind ook in de zeilen vanaf links. Het ziet er dus allemaal een beetje vreemd uit, maar dat is juist iets waarom je er zo lang naar blijft kijken". Vraag mij maar niet van wie de originele schilderijen zijn, want daar heb ik eigenlijk geen verstand van.


Ja, ik heb altijd respect gehad voor mijn Vader. Ik heb hem door oorlogsomstandigheden ook pas leren kennen toen ik al bijna acht jaar oud was. Hij heeft veel narigheid meegemaakt in Japanse krijgsgevangenkampen. En alleen daarom al hield en houd ik zijn naam altijd in ere.

Maar hij kon niet alleen schilderen, altijd deed hij wel iets in en om het huis. Als er iets kapot was, dan verzon hij altijd wel een oplossing om het te maken. Zo sterk zelfs, dat geen mens het meer kapot kreeg. :-)

Thursday 26 October 2006

Ik weet er nog één!

Ik kan mij nog een ander verhaaltje herinneren en diezelfde grap heb ik later ook zelf zonder succes uitgehaald.

Vroeger, in de oude buurten van Rotterdam, had je huizen met een portiek. In dat portiek kwamen vaak twee of drie deuren uit. Mijn Vader vertelde dan heel smeuig, dat ze die twee of drie deuren met een touw zodanig vastbonden, dat de deuren afzonderlijk net een klein stukje open konden gaan.

Als de deuren goed vastgebonden waren, dan belden ze bij elke bewoner aan en gingen ze op een afstandje staan kijken wat er dan ging gebeuren. Om beurten probeerden de bewoners dan hun deur open te trekken, maar daardoor trok hij meteen de deur van de andere bewoner weer dicht. En dat kon dan een aardig tijdje doorgaan, waarbij het humeur van die buren er niet beter op werd. Maar dat was juist lachen voor die jongens.

Later, toen mijn Vader dat aan mij had verteld, ging ik dat zelf ook maar eens proberen bij mij in de straat. We woonden toen in Den Helder. Met twee vriendjes knoopte ik ook twee deuren aan elkaar, maar wat ik nooit in de gaten had was, dat één buurman door het raam aan de zijkant stond te kijken naar wat we aan het doen waren. Hij liet ons kennelijk even doorgaan, maar was later door de achterdeur van zijn huis naar buiten gegaan en om het huis gelopen.

Ik was nog steeds bezig een paar knopen in het touw te leggen en begon net op de deurbel te drukken. Opeens voelde ik mijzelf een stuk de hoogte ingaan en begreep niet zo gauw wat er aan de hand was, maar ik bungelde in de lucht en hing met mijn kraag in de hand van die sterke buurman. Het moet vast een marinier zijn geweest.
"Wat moet dat?" vroeg hij op barse toon.
"Niets, buurman. We wilden alleen een geintje uithalen", zei ik angstig en ik voelde mij helemaal niet prettig.
"Ik zal je leren", zei hij.
En ik kan me nog goed herinneren dat hij echt goed nijdig was. Hij zette me neer en gaf me een schop onder m'n kont, waarop ik het op een lopen zette, en mijn twee vriendjes waren al lang vertrokken.

Ik weet er nog één!

Ik kan mij nog een ander verhaaltje herinneren en diezelfde grap heb ik later ook zelf zonder succes uitgehaald.

Vroeger, in de oude buurten van Rotterdam, had je huizen met een portiek. In dat portiek kwamen vaak twee of drie deuren uit. Mijn Vader vertelde dan heel smeuig, dat ze die twee of drie deuren met een touw zodanig vastbonden, dat de deuren afzonderlijk net een klein stukje open konden gaan.

Als de deuren goed vastgebonden waren, dan belden ze bij elke bewoner aan en gingen ze op een afstandje staan kijken wat er dan ging gebeuren. Om beurten probeerden de bewoners dan hun deur open te trekken, maar daardoor trok hij meteen de deur van de andere bewoner weer dicht. En dat kon dan een aardig tijdje doorgaan, waarbij het humeur van die buren er niet beter op werd. Maar dat was juist lachen voor die jongens.

Later, toen mijn Vader dat aan mij had verteld, ging ik dat zelf ook maar eens proberen bij mij in de straat. We woonden toen in Den Helder. Met twee vriendjes knoopte ik ook twee deuren aan elkaar, maar wat ik nooit in de gaten had was, dat één buurman door het raam aan de zijkant stond te kijken naar wat we aan het doen waren. Hij liet ons kennelijk even doorgaan, maar was later door de achterdeur van zijn huis naar buiten gegaan en om het huis gelopen.

Ik was nog steeds bezig een paar knopen in het touw te leggen en begon net op de deurbel te drukken. Opeens voelde ik mijzelf een stuk de hoogte ingaan en begreep niet zo gauw wat er aan de hand was, maar ik bungelde in de lucht en hing met mijn kraag in de hand van die sterke buurman. Het moet vast een marinier zijn geweest.
"Wat moet dat?" vroeg hij op barse toon.
"Niets, buurman. We wilden alleen een geintje uithalen", zei ik angstig en ik voelde mij helemaal niet prettig.
"Ik zal je leren", zei hij.
En ik kan me nog goed herinneren dat hij echt goed nijdig was. Hij zette me neer en gaf me een schop onder m'n kont, waarop ik het op een lopen zette, en mijn twee vriendjes waren al lang vertrokken.

Tuesday 24 October 2006

De Goudvogel

Kunstwerk van Remco Sterk

De griep is eigenlijk wel over, maar het weer is niet optimaal. Veel regen, en alles voelt koud en nat aan. Geen weer om er even lekker op uit te trekken.

Wat doe je dan? Ik zit op iets te broeden om te vertellen over vroeger toen ik nog een klein kereltje was van een jaar of negen.

Het zal ongeveer 1947 zijn geweest. Mijn Vader vertelde in die tijd leuke verhalen over wat hij vroeger voor kattekwaad uithaalde als Rotterdamse straatbengel. Hij kwam uit een groot gezin, Vader, Moeder en 10 kinderen, 5 jongens en 5 meiden.

Het verhaal speelde zich af in de jaren twintig in Rotterdam.
Hij vertelde mij een verhaal over het vangen van een "Goudvogel". Dat ging ongeveer als volgt;

Hij liep met een stel vrienden door de buurt en ze vonden een hoop verse, dampende paardendrollen op straat. Daar moest toch iets leuks mee te doen zijn. Één van die gastjes kreeg het idee om er iemand mee te grazen te nemen en ging bij een kruidenier vragen of hij een kartonnen doos voor hem had. En ja hoor, hij kreeg een prachtig exemplaar mee. De paardenvijgen werden in de doos gedaan en het stel ging op weg om een slachtoffer te zoeken. Niet lang daarna hadden ze er een op het oog en de boosdoeners gingen zich verspreiden. Ze verstopten zich in portieken en achter muurtjes en keken van afstand wat er ging gebeuren.

Degene die de doos paardenvijgen droeg riep het slachtoffer en zei dat hij een vogel had gevangen. Hij vroeg: "Wil jij even op deze doos passen want er zit een Goudvogel in. Ondertussen ga ik een vogelkooi thuis ophalen, want in deze doos gaat hij vast en zeker dood." Die jongen wilde dat wel doen. De ander plaatste de doos ondersteboven op de stoep en zei: "Denk er om dat je de doos niet optilt als ik weg ben, want dan vliegt hij weg". "Nee, ik zal er niet aanzitten hoor. Maar mag ik nu wel even kijken?"

Dat was precies waar de ander op had gewacht en zei;
"Nou... hééél even dan, maar dan moet je precies doen wat ik zeg hoor, want anders zijn we hem kwijt. Ik zal snel de doos optillen en dan pak jij meteen de Goudvogel voordat hij kan wegvliegen. Afgesproken?".
"Ja, ik zal hem meteen pakken", zei de ander.

Voorzichtig pakte de booswicht de doos vast.... Trok hem snel half omhoog en schreeuwde: "Pak hem dan! Pak hem dan! Vlug!". Waarop het slachtoffer heel zenuwachtig antwoordde: "Maar dat is stront!". De ander schreeuwde weer: "Pak hem dan!". Het arme slachtoffer wist helemaal niet meer wat hij deed en schoot met zijn hand onder de doos en greep middenin de warme "Goudvogel". Onder gierend gelach kwamen de andere boosdoeners nu ook weer tevoorschijn en terwijl de arme jongen bijna huilend zijn handen aan de muur stond schoon te vegen, vertrok het hele gezelschap weer.

Welke rol mijn Vader in dit verhaaltje heeft gespeeld is mij nooit duidelijk geworden, maar er moet ook iets te raden overblijven. Ik kan mij nog wel herinneren, dat als hij het vertelde, de tranen hem nog in de ogen sprongen....

De Goudvogel

Kunstwerk van Remco Sterk

De griep is eigenlijk wel over, maar het weer is niet optimaal. Veel regen, en alles voelt koud en nat aan. Geen weer om er even lekker op uit te trekken.

Wat doe je dan? Ik zit op iets te broeden om te vertellen over vroeger toen ik nog een klein kereltje was van een jaar of negen.

Het zal ongeveer 1947 zijn geweest. Mijn Vader vertelde in die tijd leuke verhalen over wat hij vroeger voor kattekwaad uithaalde als Rotterdamse straatbengel. Hij kwam uit een groot gezin, Vader, Moeder en 10 kinderen, 5 jongens en 5 meiden.

Het verhaal speelde zich af in de jaren twintig in Rotterdam.
Hij vertelde mij een verhaal over het vangen van een "Goudvogel". Dat ging ongeveer als volgt;

Hij liep met een stel vrienden door de buurt en ze vonden een hoop verse, dampende paardendrollen op straat. Daar moest toch iets leuks mee te doen zijn. Één van die gastjes kreeg het idee om er iemand mee te grazen te nemen en ging bij een kruidenier vragen of hij een kartonnen doos voor hem had. En ja hoor, hij kreeg een prachtig exemplaar mee. De paardenvijgen werden in de doos gedaan en het stel ging op weg om een slachtoffer te zoeken. Niet lang daarna hadden ze er een op het oog en de boosdoeners gingen zich verspreiden. Ze verstopten zich in portieken en achter muurtjes en keken van afstand wat er ging gebeuren.

Degene die de doos paardenvijgen droeg riep het slachtoffer en zei dat hij een vogel had gevangen. Hij vroeg: "Wil jij even op deze doos passen want er zit een Goudvogel in. Ondertussen ga ik een vogelkooi thuis ophalen, want in deze doos gaat hij vast en zeker dood." Die jongen wilde dat wel doen. De ander plaatste de doos ondersteboven op de stoep en zei: "Denk er om dat je de doos niet optilt als ik weg ben, want dan vliegt hij weg". "Nee, ik zal er niet aanzitten hoor. Maar mag ik nu wel even kijken?"

Dat was precies waar de ander op had gewacht en zei;
"Nou... hééél even dan, maar dan moet je precies doen wat ik zeg hoor, want anders zijn we hem kwijt. Ik zal snel de doos optillen en dan pak jij meteen de Goudvogel voordat hij kan wegvliegen. Afgesproken?".
"Ja, ik zal hem meteen pakken", zei de ander.

Voorzichtig pakte de booswicht de doos vast.... Trok hem snel half omhoog en schreeuwde: "Pak hem dan! Pak hem dan! Vlug!". Waarop het slachtoffer heel zenuwachtig antwoordde: "Maar dat is stront!". De ander schreeuwde weer: "Pak hem dan!". Het arme slachtoffer wist helemaal niet meer wat hij deed en schoot met zijn hand onder de doos en greep middenin de warme "Goudvogel". Onder gierend gelach kwamen de andere boosdoeners nu ook weer tevoorschijn en terwijl de arme jongen bijna huilend zijn handen aan de muur stond schoon te vegen, vertrok het hele gezelschap weer.

Welke rol mijn Vader in dit verhaaltje heeft gespeeld is mij nooit duidelijk geworden, maar er moet ook iets te raden overblijven. Ik kan mij nog wel herinneren, dat als hij het vertelde, de tranen hem nog in de ogen sprongen....

Saturday 21 October 2006

Griep



Dat zat er dus aan te komen.... Griep! Ik begon zelf al te geloven dat ik in een dip zat, maar dat is gelukkig niet het geval. De laatste tijd voelde ik mij een beetje lamlendig en vervelend, maar nu blijkt dat ik al een paar dagen een flinke griep te pakken heb. Dat mijn humeur dus niet zo uitbundig is geweest wijt ik daar maar aan. Het is nog niet over, maar nu weet ik in ieder geval waarom ik zo in mijzelf gekeerd raakte :-)



De bekende symptomen die een voorbode zijn van dit vervelende kwaaltje zijn: Vermoeidheid, schrale keel, ophoesten, kuchen, benauwd gevoel, hoofdpijn.
Wanneer het doorzet, dan komt daar nog bij: zweten, koorts, snotteren en snuiten, kuchen en proesten en niezen, niezen, niezen, ha..ha..haa... weg is het... TSJOE!!

Het is nog wat ongemakkelijk, want drie dagen binnen zitten op een kamer met wat computerspullen, is nou ook niet waar ik erg naar verlang. Ik mis het uitgaan met de hond, haar geblaf en de wind om mijn oren. Nog even uitzieken en dan er weer gauw tussenuit.

Fijne zondag...

Griep



Dat zat er dus aan te komen.... Griep! Ik begon zelf al te geloven dat ik in een dip zat, maar dat is gelukkig niet het geval. De laatste tijd voelde ik mij een beetje lamlendig en vervelend, maar nu blijkt dat ik al een paar dagen een flinke griep te pakken heb. Dat mijn humeur dus niet zo uitbundig is geweest wijt ik daar maar aan. Het is nog niet over, maar nu weet ik in ieder geval waarom ik zo in mijzelf gekeerd raakte :-)



De bekende symptomen die een voorbode zijn van dit vervelende kwaaltje zijn: Vermoeidheid, schrale keel, ophoesten, kuchen, benauwd gevoel, hoofdpijn.
Wanneer het doorzet, dan komt daar nog bij: zweten, koorts, snotteren en snuiten, kuchen en proesten en niezen, niezen, niezen, ha..ha..haa... weg is het... TSJOE!!

Het is nog wat ongemakkelijk, want drie dagen binnen zitten op een kamer met wat computerspullen, is nou ook niet waar ik erg naar verlang. Ik mis het uitgaan met de hond, haar geblaf en de wind om mijn oren. Nog even uitzieken en dan er weer gauw tussenuit.

Fijne zondag...

Friday 20 October 2006

Fort Kijkduin.



Op 8 oktober jongstleden zijn we naar het museum Fort Kijkduin bij het oude Huisduinen geweest. Het was alweer enkele jaren geleden dat ik het museumgedeelte had bekeken. Ondanks het feit dat er niet veel veranderd is, was het toch weer een leuke ochtend. Je dwaalt er door de oude gewelfde gangen en zalen, deels ondergronds, maar ook hoog boven de begane
grond.



Het fort is in opdracht van Napoleon Bonaparte gebouwd en in de loop der jaren steeds weer uitgebreid. Het voert te ver om hier de geschiedenis weer te geven want dat is al op vele plaatsen op het Internet terug te vinden. Als je hierop klikt Fort Kijkduin dan krijg je een eerste overzicht en uitleg over de geschiedenis.

Waarvoor ik eigenlijk in hoofdzaak weer eens een kijkje wilde nemen was om het aquarium gedeeltelijk op video vast te leggen. De video staat hierboven, maar ik zal de LINK hier ook plaatsen, dan kun je hem ook bekijken en eventueel downloaden. De video komt altijd een paar weken later, want het vergt ook wel een beetje werk om zoiets in elkaar te zetten.

Plezier er mee!....

Fort Kijkduin.



Op 8 oktober jongstleden zijn we naar het museum Fort Kijkduin bij het oude Huisduinen geweest. Het was alweer enkele jaren geleden dat ik het museumgedeelte had bekeken. Ondanks het feit dat er niet veel veranderd is, was het toch weer een leuke ochtend. Je dwaalt er door de oude gewelfde gangen en zalen, deels ondergronds, maar ook hoog boven de begane
grond.



Het fort is in opdracht van Napoleon Bonaparte gebouwd en in de loop der jaren steeds weer uitgebreid. Het voert te ver om hier de geschiedenis weer te geven want dat is al op vele plaatsen op het Internet terug te vinden. Als je hierop klikt Fort Kijkduin dan krijg je een eerste overzicht en uitleg over de geschiedenis.

Waarvoor ik eigenlijk in hoofdzaak weer eens een kijkje wilde nemen was om het aquarium gedeeltelijk op video vast te leggen. De video staat hierboven, maar ik zal de LINK hier ook plaatsen, dan kun je hem ook bekijken en eventueel downloaden. De video komt altijd een paar weken later, want het vergt ook wel een beetje werk om zoiets in elkaar te zetten.

Plezier er mee!....

Monday 16 October 2006

Zoeken....


Op het ogenblik maak ik een periode door waarin elke inspiratie tot schrijven ontbreekt. Of het nu aan de tijd van het jaar ligt of gewoon doordat zich weinig voordoet wat ik de moeite waard vind om te vermelden, daar ben ik nog niet helemaal achter. Het kan ook zijn dat ik bepaalde dingen wel zou willen opschrijven, maar iets weerhoudt mij daar weer van. Wat ik het liefst wil is de gedachten die in mij opkomen gewoon opschrijven en delen met anderen. Maar ik voel me een beetje geremd... Is het een voorgevoel? Ik weet het niet. Ik ben nog zoekende....



Aan het strand, of liever gezegd aan de Hondsbosse Zeewering bij Camperduin was het ook al zo'n dooie boel. Een half vergaan scheepswrak wat er al jaren ligt, dooie krabben, zeesterren en andere kleine zeedieren. Een aangespoeld stuk net wat in geen eeuwigheid zal vergaan, kwijtgeraakt door een vissersboot. Nee, daar werd ik ook al niet blij van.



Als je boven op de dijk bent gekomen, kijk je uit aan de linkerkant over de Noordzee en aan de rechterkant over het drassige land achter de dijk. Een gebied waar heel veel vogels fourageren in het brakke water. Water wat eigenlijk vanuit zee, onder de dijk door sijpelt en zich vermengd heeft met het zoete water op het land. Een ideaal gebied voor bepaalde vogels en planten die er groeien.



Uitkijkend vanaf de dijk, over het drassige land, zie je in de verte de weilanden die weer druk bevolkt worden door schapen en koeien. Koeien die lange tijd uit het Hollandse landschap waren verdwenen komen gelukkig weer terug. Wat houd ik toch van deze provincie. En zie, mijn wat sombere stemming aan het begin is weer grotendeels verdwenen als ik dit zie.

Zoeken....


Op het ogenblik maak ik een periode door waarin elke inspiratie tot schrijven ontbreekt. Of het nu aan de tijd van het jaar ligt of gewoon doordat zich weinig voordoet wat ik de moeite waard vind om te vermelden, daar ben ik nog niet helemaal achter. Het kan ook zijn dat ik bepaalde dingen wel zou willen opschrijven, maar iets weerhoudt mij daar weer van. Wat ik het liefst wil is de gedachten die in mij opkomen gewoon opschrijven en delen met anderen. Maar ik voel me een beetje geremd... Is het een voorgevoel? Ik weet het niet. Ik ben nog zoekende....



Aan het strand, of liever gezegd aan de Hondsbosse Zeewering bij Camperduin was het ook al zo'n dooie boel. Een half vergaan scheepswrak wat er al jaren ligt, dooie krabben, zeesterren en andere kleine zeedieren. Een aangespoeld stuk net wat in geen eeuwigheid zal vergaan, kwijtgeraakt door een vissersboot. Nee, daar werd ik ook al niet blij van.



Als je boven op de dijk bent gekomen, kijk je uit aan de linkerkant over de Noordzee en aan de rechterkant over het drassige land achter de dijk. Een gebied waar heel veel vogels fourageren in het brakke water. Water wat eigenlijk vanuit zee, onder de dijk door sijpelt en zich vermengd heeft met het zoete water op het land. Een ideaal gebied voor bepaalde vogels en planten die er groeien.



Uitkijkend vanaf de dijk, over het drassige land, zie je in de verte de weilanden die weer druk bevolkt worden door schapen en koeien. Koeien die lange tijd uit het Hollandse landschap waren verdwenen komen gelukkig weer terug. Wat houd ik toch van deze provincie. En zie, mijn wat sombere stemming aan het begin is weer grotendeels verdwenen als ik dit zie.

Saturday 7 October 2006

Terug van weggeweest.

Het heeft even geduurd, maar uiteindelijk is het dan toch gelukt om een samenvattende korte video te maken van het dagje naar Spakenburg. Van vele uren rondbanjeren en anderhalf uur materiaal houd je uiteindelijk vijf minuten over. Maar dat is meestal lang genoeg. Ik hoop dat het leuk gevonden wordt.

Tot de volgende keer.

Terug van weggeweest.

Het heeft even geduurd, maar uiteindelijk is het dan toch gelukt om een samenvattende korte video te maken van het dagje naar Spakenburg. Van vele uren rondbanjeren en anderhalf uur materiaal houd je uiteindelijk vijf minuten over. Maar dat is meestal lang genoeg. Ik hoop dat het leuk gevonden wordt.

Tot de volgende keer.

Sunday 1 October 2006

Spakenburg.


Zaterdagochtend. Tijdens het uitlaten van de hond in het duingebied kwam zomaar de gedachte bij mij op, om eens terug te gaan naar onze vorige woonplaats Spakenburg. 18 Jaar geleden (1988) zijn wij daar weggegaan en we zijn er nooit eerder naar teruggegaan. Het vreemde is dat we wel in al die jaren contact hebben gehouden met een aantal mensen, dus werden we regelmatig via de telefoon op de hoogte gehouden over de dingen die in dat vissersdorp gebeurden en wat er aan andere nieuwtjes te melden was.
Maar nu, bij het klimmen der jaren is het aantal bekenden steeds kleiner geworden doordat er zoveel zijn overleden of ook verhuisd zijn. Aan dergelijke dingen loop je soms te denken als je alleen met de hond buiten loopt. En ineens wilde ik zomaar weer eens gaan kijken en zelf waarnemen wat er allemaal veranderd was.


Bij het naderen van het dorp was het al even wennen. Er is zoveel bijgebouwd, huizen, bedrijven, rotondes, nieuwe wegen en natuurlijk.... kerken. Want Spakenburgers zijn over het algemeen zeer gelovige mensen, maar in hun geloven verschillen ze enorm. Ze geloven allemaal hetzelfde maar er bestaan vele opvattingen over hoe de leer moet worden uitgelegd. Dus maak je allemaal je eigen kerkgebouw, en dat zijn er heel wat.

Wat bijna niet was veranderd, was het huis dat wij daar hebben achtergelaten. Aan de buitenkant zag het er eigenlijk allemaal nog precies zo uit, als toen wij het indertijd hebben achtergelaten. Daar was ik echt verbaasd over. Het was net of ik nooit was weggeweest, de deuren, het tegelpad, het hekje om het huis, en de zonwering had alleen een ander kleurtje gekregen, van oranje naar groen.



Toen ik mijn auto op de parkeerstrook had neergezet, kwamen de overburen meteen op me af toen ze ontdekten dat ik het was. Ze herkenden mij meteen en ik werd begroet alsof ik nooit was weggeweest.
Er gebeurde ineens heel veel tegelijk. Met veel kabaal trok een lange stoet trucks en andere zware voertuigen voorbij. De buren schreeuwden in mijn dove oren dat elk jaar die voertuigen gehandicapte kinderen een leuke rit bezorgden. De claxons brulden het uit en met een oorverdovend lawaai trok de stoet voorbij. Als je meer dan honderd van die voertuigen voorbij ziet, maar vooral hoort gaan, dan is praten even niet mogelijk. De kinderen in de cabines van de trucks hadden het grootste plezier en zwaaiden naar iedereen die langs de kant stond te kijken.
Ik besloot om eerst maar wat foto's te gaan maken en een stukje video opnemen, daarna zou ik teruggaan om bij de ex-buren een "Bakkie te doen". Maar voordat ik vertrok vroeg ik aan een echtpaar, die stoelen en een tafeltje op het trotoir hadden gezet: "Wordt U niet doof hier aan de kant met al dat lawaai?" Waarop de mevrouw antwoordde: "Wat zegt U?" Haar man barste in lachen uit.

Dus toog ik op weg via de Spakenburgse markt, naar de haven. Kwam langs de scheepswerf waar de Spakenburgse Botters worden gemaakt en gerepareerd. Nog steeds druk in bedrijf, alleen niet op zaterdag en zondag.


Op weg naar het havenhoofd passeerde ik de toegang tot de jachthaven waar kostbare luxe jachten liggen aangemeerd.



Van en naar de havenmond voeren pleziervaartuigen elkaar tegemoet, de één naar buiten, en anderen kwamen weer terug. Ook eigenlijk nog steeds hetzelfde, weinig of niets aan veranderd.


Aangekomen bij de haveningang lagen daar nog meer grotere plezierschepen. Ik dacht nog bij mezelf: "Een schip hoort toch te varen, waarom liggen er toch zoveel aan de kant met dit mooie weer?" Eerlijk gezegd kan het me ook niet schelen, ik verkeer niet in de positie om met dergelijk duur speelgoed om te gaan. Maar ik vind ze wel heel erg mooi om naar te kijken.


Verderop langs de waterkant zat een jonge vrouw. Ze had twee Golden Retrievers bij zich en die waren aan het ravotten in het water. Dat was zo'n leuk gezicht dat ik daar een hele poos naar heb zitten kijken. Alleen al de uitdrukking die deze jonge hond uitstraalde maakte je aan het lachen. Die hond ging helemaal uit zijn dak en had de grootste lol daar in die grote plas.






Terug naar de buren en daar werd heel wat bijgepraat, ja wat wil je als je elkaar 18 jaar niet hebt gezien of gesproken. Het was een heel leuke ervaring en misschien krijgt dit nog wel een vervolg.... over weer 18 jaar?

Spakenburg.


Zaterdagochtend. Tijdens het uitlaten van de hond in het duingebied kwam zomaar de gedachte bij mij op, om eens terug te gaan naar onze vorige woonplaats Spakenburg. 18 Jaar geleden (1988) zijn wij daar weggegaan en we zijn er nooit eerder naar teruggegaan. Het vreemde is dat we wel in al die jaren contact hebben gehouden met een aantal mensen, dus werden we regelmatig via de telefoon op de hoogte gehouden over de dingen die in dat vissersdorp gebeurden en wat er aan andere nieuwtjes te melden was.
Maar nu, bij het klimmen der jaren is het aantal bekenden steeds kleiner geworden doordat er zoveel zijn overleden of ook verhuisd zijn. Aan dergelijke dingen loop je soms te denken als je alleen met de hond buiten loopt. En ineens wilde ik zomaar weer eens gaan kijken en zelf waarnemen wat er allemaal veranderd was.


Bij het naderen van het dorp was het al even wennen. Er is zoveel bijgebouwd, huizen, bedrijven, rotondes, nieuwe wegen en natuurlijk.... kerken. Want Spakenburgers zijn over het algemeen zeer gelovige mensen, maar in hun geloven verschillen ze enorm. Ze geloven allemaal hetzelfde maar er bestaan vele opvattingen over hoe de leer moet worden uitgelegd. Dus maak je allemaal je eigen kerkgebouw, en dat zijn er heel wat.

Wat bijna niet was veranderd, was het huis dat wij daar hebben achtergelaten. Aan de buitenkant zag het er eigenlijk allemaal nog precies zo uit, als toen wij het indertijd hebben achtergelaten. Daar was ik echt verbaasd over. Het was net of ik nooit was weggeweest, de deuren, het tegelpad, het hekje om het huis, en de zonwering had alleen een ander kleurtje gekregen, van oranje naar groen.



Toen ik mijn auto op de parkeerstrook had neergezet, kwamen de overburen meteen op me af toen ze ontdekten dat ik het was. Ze herkenden mij meteen en ik werd begroet alsof ik nooit was weggeweest.
Er gebeurde ineens heel veel tegelijk. Met veel kabaal trok een lange stoet trucks en andere zware voertuigen voorbij. De buren schreeuwden in mijn dove oren dat elk jaar die voertuigen gehandicapte kinderen een leuke rit bezorgden. De claxons brulden het uit en met een oorverdovend lawaai trok de stoet voorbij. Als je meer dan honderd van die voertuigen voorbij ziet, maar vooral hoort gaan, dan is praten even niet mogelijk. De kinderen in de cabines van de trucks hadden het grootste plezier en zwaaiden naar iedereen die langs de kant stond te kijken.
Ik besloot om eerst maar wat foto's te gaan maken en een stukje video opnemen, daarna zou ik teruggaan om bij de ex-buren een "Bakkie te doen". Maar voordat ik vertrok vroeg ik aan een echtpaar, die stoelen en een tafeltje op het trotoir hadden gezet: "Wordt U niet doof hier aan de kant met al dat lawaai?" Waarop de mevrouw antwoordde: "Wat zegt U?" Haar man barste in lachen uit.

Dus toog ik op weg via de Spakenburgse markt, naar de haven. Kwam langs de scheepswerf waar de Spakenburgse Botters worden gemaakt en gerepareerd. Nog steeds druk in bedrijf, alleen niet op zaterdag en zondag.


Op weg naar het havenhoofd passeerde ik de toegang tot de jachthaven waar kostbare luxe jachten liggen aangemeerd.



Van en naar de havenmond voeren pleziervaartuigen elkaar tegemoet, de één naar buiten, en anderen kwamen weer terug. Ook eigenlijk nog steeds hetzelfde, weinig of niets aan veranderd.


Aangekomen bij de haveningang lagen daar nog meer grotere plezierschepen. Ik dacht nog bij mezelf: "Een schip hoort toch te varen, waarom liggen er toch zoveel aan de kant met dit mooie weer?" Eerlijk gezegd kan het me ook niet schelen, ik verkeer niet in de positie om met dergelijk duur speelgoed om te gaan. Maar ik vind ze wel heel erg mooi om naar te kijken.


Verderop langs de waterkant zat een jonge vrouw. Ze had twee Golden Retrievers bij zich en die waren aan het ravotten in het water. Dat was zo'n leuk gezicht dat ik daar een hele poos naar heb zitten kijken. Alleen al de uitdrukking die deze jonge hond uitstraalde maakte je aan het lachen. Die hond ging helemaal uit zijn dak en had de grootste lol daar in die grote plas.






Terug naar de buren en daar werd heel wat bijgepraat, ja wat wil je als je elkaar 18 jaar niet hebt gezien of gesproken. Het was een heel leuke ervaring en misschien krijgt dit nog wel een vervolg.... over weer 18 jaar?